1980. In het donker ritst Bobby Western in Pass Christian (MI) zijn duikerspak dicht en laat zich van de boot achterover in het water vallen. Hij is bergingsduiker, ondanks zijn diepwatervrees. Klussen voor delicate projecten. Een vliegtuigje is in zee gestort. Als Western en buddy Oiler de bergingsluiken openen, zitten er negen passagiers nog in de gordel in hun stoelen, hun haren traag wuivend in de stroming. Tien man zouden er aan boord moeten zijn, maar die ene ontbreekt, evenals de vluchtrecorder van het toestel die de duikers geacht zijn veilig te stellen. Als de dagen erna niets over het verdwenen toestel in de media verschijnt, beseft Bobby dat hier iets niet in de haak is.
The Passenger, het eerste deel van een tweeluik, begint met een cursief gedrukt begin van het hoofdstuk. Daarin komt The Kid naar voren. Dit Kind is een irritant en dominant wezen met zwemvliezen in plaats van handen. Vloekend en tierend dirigeert hij een stoet dwergen en andere vreemde mensverschijningen, én Alicia. Het duurt lang voordat je als lezer beseft dat de cursieve delen de hallucinaties weergeven van Alicia, Bobby’s jongere zusje dat in haar tienerjaren zelfmoord heeft gepleegd. Zij was een briljant meisje, met een fotografisch geheugen en een brein als de snelste rekenmachine. Ook Bobby is zeer intelligent. Hij heeft een bèta-opleiding achter de rug, maar kan de wetenschap dat hun vader heeft bijgedragen aan de ontwikkeling aan de eerste atoombom niet verdragen. Alicia en haar broer hebben een innige band, om niet te zeggen een – niet geconsumeerde – incestueuze relatie. Nadat Alicia uit zorginstelling Stella Maris is gevlucht, belooft Bobby haar en zijn omgeving voor haar te zorgen. Twee weken later gaat het mis, waardoor Bobby met een onoplosbaar schuldgevoel is opgezadeld. Continu is hij op de vlucht, voor dat ongrijpbare waaraan een mens niet kan ontsnappen.
McCarthy weeft door het verhaal een zekere spanning middels de verdwenen passagier en vluchtrecorder. Halverwege het boek blijkt Bobby’s kamer te zijn doorzocht. Duikers ‘verdwijnen’ en menigeen vindt op mysterieuze wijze de dood. Alles wordt overhoop gehaald in Bobby’s hotelkamer en voor de vorm zijn enkele spullen van enigerlei waarde meegenomen. Belangrijker echter zijn de ontbrekende correspondentie tussen Alicia en Bobby en brieven van zijn vader. Vervolgens volgt een (ongegronde) aanklacht wegens belastingontduiking. Zijn weinige bezittingen worden door de Internal Revenu Service geconfisqueerd, inclusief zijn Maserati, en hij heeft geen toegang meer tot zijn banktegoeden. Eén brief rest hem nog, een brief van Alicia die hij niet durft te openen. Zou die brief een licht kunnen werpen op de kostbare viool die na haar dood spoorloos is verdwenen en via welke Bobby wellicht weer boven Jan kan komen?
In tegenstelling tot diens bekroonde roman The Road is The Passenger een tamelijk ontoegankelijk boek dat veel van de lezer vraagt. De cursieve delen kun je niet zomaar overslaan, omdat deze met terugwerkende kracht veel van Bobby’s gedrag verklaren. Bovendien zijn deze een opmaat tot het vervolg van dit tweeluik: Stella Maris (verschijnt in december 2022). Daarbij is het regelmatig doorbijten. En toch, als je deze drempels eenmaal overwint, is The Passenger een prachtig verhaal, waarna je ongeduldig zit te wachten op Stella Maris, het verhaal van Alicia.