In zijn tweede roman neemt Abraham Verghese de lezer mee naar het zuidoosten van het India van 1900. Daar ontmoet een bruidje van twaalf pas bij de bruiloft haar echtgenoot, een veertigjarige weduwnaar. De man schrikt als hij het kind ziet en wil er in eerste instantie vandoor. Ze is slechts enkele jaren ouder dan zijn zoon! Uiteindelijk wordt het huwelijk van de twee Thomas-christenen toch ingezegend en vertrekt het stel naar Parambil, het landgoed van de man. Daar ontfermt het bruidje zich over JoJo, de zoon. Een hechte vriendschap ontstaat en al voor haar twintigste krijgt zij de bijnaam Big Ammachi (grote mama) die zij voor de rest van haar leven zal dragen. Dan vindt er echter een tragedie plaats. Zo komt ze achter de ‘Aandoening’: familieleden verdrinken met enige regelmaat, zelfs in de ondiepste poeltjes.
In dezelfde periode ontvlucht een jonge leerling-arts zijn geboorteland Schotland en vestigt zich in de boven beschreven regio. Deze Digby Kilgore wordt onder de arm genomen door ervaren artsen en specialiseert zich uiteindelijk in de neurochirurgie. Als hij een verlaten vestiging van lepralijders aantreft, besluit hij het dorp voor en met melaatsen te herbouwen. Tevens treedt hij op als arts voor de vrijgevige rijke buurman, Chandy. Zijn faam en menselijkheid groeien gestaag.
De tweede generatie krijgt kleur in de persoon van Philipose, zoon van Big Ammachi. Hij trouwt Elsie, een knappe verschijning en kunstenares, dochter van Chandy. Volgens de traditie volgt de vrouw haar man en ook zij vestigen zich in Parambil, waar Philipose zich ontwikkelt tot schrijver van columns. Ook deze generatie wordt door het noodlot getroffen, wat het stel uiteendrijft. Juist als nieuw leven zich heeft aangediend, verdwijnt Elsie spoorloos. Philipose voedt zijn dochtertje dan ook op samen met Big Ammachi. Mariamma heeft ondanks het gemis van een moeder een gelukkige jeugd. Het intelligente meisje besluit geneeskunde te gaan studeren om de oorzaak van de Aandoening te achterhalen en er in de toekomst wellicht een remedie voor te vinden.
In deel vier van de roman, op ongeveer een derde van het verhaal, treffen Digby en Elsie elkaar als de eerste, na ernstige brandwonden te hebben opgelopen, revalideert en het dan tienjarige meisje hem zijn rechterhand weer leert te gebruiken. Vervolgens splitst het zich weer op in twee verhaallijnen, die elkaar soms kruisen. In het laatste en tiende deel van de roman vallen de verhaallijnen helemaal samen. Dan blijkt wat makelaar Aniyan eens heeft gezegd: Wat een familie tot een familie maakt is niet het bloed, maar de gedeelde geheimen. En het wemelt van de geheimen, in alle generaties, in deze roman.
Het verbond van het water is een prachtig verhaal waarin gebruiken en rituelen van een kleine Indiase bevolkingsgroep voor het voetlicht worden geplaatst. Helaas is uitgeverij Meulenhoff ernstig tekortgeschoten in haar redactionele verantwoordelijkheden. Dat kan tot irritatie leiden.